Verslag van de Wereldconferentie Vrouwenopvang in Washington
donderdag 22 maart 2012
Critical exam of children's custody regulations in DV cases (Marcella Pirrone & Julie Oberin) Verslag van Hanneke Rus
De
presentatoren van deze workshop werpen een kritische blik op de rechten van
vaders voor het verkrijgen van gezamenlijk gezag na huiselijk geweld. Hun
pleidooi richt zich op het waarborgen van veiligheid voor vrouwen en kinderen in
wetten rondom ouderlijk gezag. Zij hebben hier in diverse (met name Europese)
landen onderzoek naar gedaan en komen tot de conclusie dat in veel Europese
landen het primaat van gezamenlijk ouderschap bij huiselijk geweld niet
voldoende recht doet aan de problematiek. Zo wordt soms krampachtig geprobeerd
via (begeleide) omgangsregelingen contact mogelijk te maken met beide ouders,
terwijl deze omgang escalaties doet toenemen en mogelijkheden voor vaders om
moeders te controleren toeneemt. De context speelt hierbij een belangrijke rol.
In diverse landen hebben vaders zich gegroepeerd en vormen een sterke lobby voor
hun rechten op ouderlijk gezag. Ook worden vrouwen in een aantal landen bij
rechtszaken beschuldigd van het Parental Alienation Syndrome (PAS,
ouderverstotings syndroom) wanneer ze om veiligheidsredenen omgang met vader
tegengaan. Dat vaders door eerdere wettelijke regelingen meer verantwoordelijk
zijn gemaakt voor hun ouderschap, door oa alimentatie en bezoekregelingen vast
te leggen, wordt over het algemeen als positief ervaren.
De presentatoren wijzen
echter op het risico dat deze rechten van vaders in geval van huiselijk geweld
te ver door lijken te schieten en niet ten koste moeten gaan van het welzijn en
veiligheid van kinderen. In Australië is dit wettelijk ook vastgelegd: Wanneer
criterium A, het kind heeft recht op een betekenisvolle relatie met beide ouders
inconsistent is met criterium B, het kind heeft recht op bescherming tegen
geweld (zoals in gevallen van huiselijk geweld), geeft criterium B de doorslag
en wordt er eenzijdig ouderlijk gezag toegewezen aan de niet-mishandelende
ouder. De reacties uit de zaal zijn positief over deze wet en er gaan veel stemmen op om samen een pleidooi te voeren richting landen waar het primaat nog vaak bij criterium A ligt. Men is pessimistisch over verantwoord ouderschap bij deze vaders, waarbij onderhandelingsvaardigheden (die vaak ontbreken) als essentiële vaardigheid wordt gezien. Geopperd wordt om psychologen in te zetten binnen rechtszaken om juristen bewust te maken van geweldsproblematiek. In Zuid Afrika hebben vaders alleen recht op gezamenlijk ouderlijk gezag als ze ook alimentatie betalen, waarbij alimentatie wordt gerelateerd aan verantwoord ouderschap.
Ondanks dat in Nederland de lobby van vaders en
beschuldigingen van PAS minder duidelijk aanwezig zijn dan in andere landen,
roept deze workshop wel een aantal vragen op. Hoe verhoudt dit zich met onze
ontwikkelingen richting meer systeemgericht werken en juist vaders te betrekken?
Kunnen we in dit kader wel spreken over ‘huiselijk geweld’ in het algemeen en
moeten we hierbij niet duidelijk onderscheid maken in vormen van geweld? Want er
zijn toch ook kinderen die profiteren van hersteld contact met de andere ouder
(het kind niet met het badwater weggooien..)? Hoe weten we eigenlijk wat in het
belang van het kind is en moeten we dit niet beter gaan onderzoeken? Ook komt
elke keer de term ‘verantwoord of goed ouderschap’ terug. Maar wat verstaan we
hier onder? Hoe en door wie kan dit beoordeeld worden? Kortom, voor de opvang
een roep om het optekenen van ervaringen, het doen van case-studies en
effectonderzoek gericht op het betrekken van vaders na huiselijk geweld.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten